Dit weekend was een schot in de roos, Johan haalt zijn eerste Nationale zege binnen met "Sarah".
Read MoreHet is belangrijk om op de hoogte te zijn van het juiste vaccinatieschema voor duiven. Over het algemeen worden jonge duiven vanaf 6 weken oud gevaccineerd. Er zijn verschillende vaccins beschikbaar voor verschillende ziekten, waaronder paramyxovirus, pokken, paratyfus en Adeno-Coli-syndroom. Het is belangrijk om het vaccinatieschema nauwkeurig te volgen en ervoor te zorgen dat de duiven op tijd worden gevaccineerd.
Een goed vaccinatieschema is van groot belang voor een gezonde en sterke duivenpopulatie. Het is belangrijk om te weten welke vaccins nodig zijn en wanneer ze toegediend moeten worden. Het vaccinatieschema biedt de duivenmelker houvast om de duiven op het juiste moment te vaccineren.
Het vaccinatieschema begint al bij de jonge duiven. Vanaf zes weken oud kunnen de duiven al gevaccineerd worden tegen paramyxo – rota, ook wel bekend als de ‘pseudovogelpest’. Deze ziekte kan namelijk al op jonge leeftijd voorkomen. Het vaccin tegen paramyxo – rota wordt in de nek van de duif toegediend en biedt bescherming voor een jaar.
Na de eerste enting op vijf a zes weken oud een combinatie van paramyxo – rota, volgt er meestal nog één enting tegen paramyxo -rota. Deze entingen worden toegediend op een leeftijd van 8 weken. Daarnast wordt er nogmaals gevaccinneerd tegen de pokken. Dit gebeurt meestal als de duiven vier tot vijf maanden oud zijn.
Naast de jaarlijkse vaccinaties tegen paramyxo – rota, zijn er nog enkele andere vaccinaties die periodiek worden toegediend. Zo is er de vaccinatie tegen het paratyfusvirus, die één keer per jaar moet worden gegeven. Eerst wordt er tien dagen “parastop” toegediend. Eerst wordt dit via het drinken toegediend en op dag twaalf volgt er een inenting. Ook tegen het adenovirus, ook wel bekend als de ‘jonge duivenziekte’, kan er worden gevaccineerd. Dit gebeurt meestal in de maanden april en mei.
Vaccinatiemethoden
Er zijn verschillende methoden om duiven te vaccineren, waaronder de injectiemethode en de veerfollikelmethode. Bij de injectiemethode wordt het vaccin rechtstreeks in de spier van de duif geïnjecteerd. De veerfollikelmethode houdt in dat het vaccin op de huid van de vogel wordt aangebracht, meestal op de nek of op de vleugel. Het vaccin wordt dan opgenomen in de follikels van de veren en op die manier opgenomen door de duif.